Red, white and blues
Genre: bluesdocu
| Duur: 1u27 | Release: 4 Augustus 2004 | Land: | Regie: Mike Figgis | Cast:
Bekijkbaar is het woord voor een leek. Interessant zal hopelijk het woord zijn voor een ingewijde. De docu past in een zevendelige reis doorheen blues, jazz en aanverwante thema's, waar Wender's Soul of a man ook al deel van uitmaakt. Bezieler van het project is gerenommeerd cineast Martin Scorsese (After Hours, Gangs of New York), die in 1999 ook al een niet minder dan 246 minuten durende documentaire draaide over Italië, zijn cinema en de invloed daarvan op zijn eigen werk.
Misschien ligt het gewoon aan het onderwerp, maar deze lijkt hooguit voor insiders bedoeld te zijn. Figgis geeft op een kleine negentig minuten tijd een overzicht van zowat alles wat er gebeurd is op blues- en jazz-gebied, en wisselt dat af met streepjes muziek van enkele legendes die in de Abby Road-studio nooit écht tevreden lijken met hun pas gedane muzikale prestaties. Hoewel die, wees maar zeker, excquis zijn.
Vervelend bij momenten, zeker als ze met iets te veel referentiële voornaamwoorden beginnen te praten en als de links die ze leggen niet (meer) volgbaar zijn. Interessant om te zien hoe een bepaald genre zo veel uitspattingen, invloeden, sub- en metagenres kan tellen en hoe die zich tot elkaar verhouden. Maar onze aandacht zakt er wat door weg.
Laat deze documentaire in zijn waarde: het is een vorm van filmische encyclopedie, die heel wat archiefmateriaal aflevert. Daarbij, je hoort Lulu na 6 reeksen Absolutely Fabulous ook eindelijk eens zingen! Maar, Figgis mag zich na straight-to-video miskleun Cold Creek Manor en het volledig misgelopen Hotel wel eens terug naar het niveau van The Loss of Sexual Innocence begeven.