The Incredibles
Genre: Animatiefilm
| Duur: 1u55 | 2004 | Release: 24 November 2004 | Land: VS | Regie: Brad Bird | Cast: Craig T. Nelson, Samuel L. Jackson, Holly Hunter, Brad Bird
Wanneer Cars eind 2005 uit de magische computermuis van John Lasseter, de oervader van de CGI-animation zal sijpelen, is het definitief gedaan met de samenwerking tussen Disney en Pixar. Pech voor Disneybaas Michael Eisner, maar Pixar besloot elders winst te maken. Betekent dit het finale einde van de succesvolle CGI-markt ? Zeker niet, want ook in 2004 heeft de concurrentie al zijn degens getrokken. Het computer gegenereerde pad dat Pixar sinds Toy Story geplaveid heeft, ligt open. Maar dreigt er geen verzuiping van de markt? Want na Shrek 2, het verschrikkelijke Shark Tale en straks het kerstsprookje The Polar Express krijgen we met The Incredibles dit jaar een vierde portie CG op ons bord. Pixar ging sinds 1995 in pure crescendo pijlsnel naar omhoog, waardoor steeds nieuwe verwachtingen gecreëerd werden. En dat is een beetje het probleem van steeds hoger wordende verwachtingen: op een bepaald moment kan de overtreffende trap echt niet meer overtroffen worden.
Regisseur Brad Bird, die in het verleden zijn sporen verdiende als regisseur van The Iron Giant en als animator bij de Simpsons, koos voor een lekker swingende retrolook. We zien bij aanvang van de film hoe superhelden Bob en Helen Parr na het bestrijden van de misdaad, in het huwelijksbootje treden. Alles lijkt perfect, tot de overheid besluit de helden op te bergen. Niet omdat ze schurken laten glippen, maar gewoon omdat ze de overheid handen vol geld kosten. Tijd om de supercape aan de wilgen te hangen dus...
15 jaar later zijn Mr. En Mrs. Parr de gelukkige ouders van een labiele tienerdochter, een stoere belhamel en een kleine zuigeling. Het hele gezin is uitgerust met superkrachten, maar mag ze niet gebruiken, om hun geheime identiteit te bewaren. Tot Mr. Incredible gelokt wordt door een verleidelijk aanbod.
Wat de films van Pixar zo anders maakt dan die van de concurrentie, is het feit dat zowel hun animatie als de humor op jong en oud doelen. Maar terwijl in de vorige film de humor duidelijk continu voor iedereen bestemd was, lijkt regisseur Bird zijn film ditmaal in twee grote blokken verdeeld te hebben. Zo zien we in het eerste uur, hoe de Incredibles met alle moeite van de wereld een normaal bestaan tracht op te bouwen, zonder dat hun superkrachten de bovenhand krijgen. De familie Parr is even disfunctioneel als elk ander gezin: zoonlief lijkt een abonnement te hebben bij de schooldirecteur, en de dochter kampt met puberliefde. Vooral de midlifecrisis van mr. Incredible mikt op het volwassenpubliek. En dan lijkt de film plots 180° graden te draaien: van gezinsportret voor de ouderen naar ordinaire superheldenfilm voor de kleintjes. Ook de humor die zo prominent aanwezig was in het eerste deel, laat het in het tweede deel volledig afweten. Terwijil dit soort animatie staat of valt, met humor.
Een minder baanbrekende Pixarproductie
Het tweede probleem zijn de personages. Waar Finding Nemo volstak met originele, kleurrijke personages (vegetarische haaien, een zeepaardje met H²O allergie of hippieschildpaden) zijn de hoofdpersonages ditmaal helemaal niet interessant genoeg om een volle twee uur te vullen. Het zijn de nevenpersonages zoals de gekke modeontwerpster Edna Mode (ingesproken door de regisseur) en de rosse schurk Syndrome die ons het meest doen gniffelen hebben.
Valt er dan niks goed te vertellen over het allernieuwste Pixarproduct? Tuurlijk wel, de animatie is zoals gewoonlijk prachtig, de stemmen zijn weer piekfijn verzorgd en de knipogen naar het dozijn superheldenfilms dat de afgelopen jaren onze zalen teisterde zorgden toch voor enige hilariteit. The Incredibles is dus zeker een leuke avondvullende film, maar net niet baanbrekend genoeg om echt 'Incredible' te zijn!
Sven De Hondt Helemaal (niet) akkoord? Lees de