The Turin Horse

Genre: Drama | Duur: 2u26 | Release: 1 Januari 2011 | Land: Hongarije | Regie: Béla Tarr, Ágnes Hranitzky | Cast: János Derzsi, Erika Bók, Mihály Kormos

Turijn, 3 januari 1889. De filosoof Friedrich Nietzsche is op straat getuige van de mishandeling van een paard door zijn meester. De koetsier slaat woest met zijn zweep omdat het dier niet vooruit wil. Geschokt door wat hij ziet, slaat Nietzsche al huilend zijn armen om het paard om het te beschermen. Twee dagen na dit incident zal hij zijn laatste woorden “Mutter, ich bin dumm” zeggen en gaat zijn mentale gezondheid erop achteruit totdat hij tien jaar later sterft. Wat er met het paard gebeurd is, weten we niet.

Met deze vertelling opent The Turin Horse, de zwanenzang van een van de grootmeesters van de moderne cinema. Na meer dan dertig jaar contemplatieve cinema heeft de Hongaarse regisseur Béla Tarr besloten andere artistieke paden te verkennen. Zijn laatste film is dan ook een waar huzarenstuk geworden, waarin hij de zwaarte van het menselijke bestaan tracht te vatten. Hoe moeilijk het is om je dagelijkse leven te leiden en hoe monotoon dit leven is.

 

Om dit te bereiken gunt Tarr ons, samen met zijn getrouwe co-regisseur Ágnes Hranitzky en scenarist László Krasznahorkai, gedurende meer dan twee uur een blik op zes dagen in het leven van een koetsier en zijn dochter. Of het hier gaat om diezelfde koetsier als die in het verhaal van Nietzsche is niet duidelijk, want gedurende heel de film is Tarr bijzonder schaars met informatie. Bovendien maakt hij frequent gebruik van temps mort, is de woning van de personages gesitueerd in een kaal landschap en blijven de paar personen die ze tegenkomen al even vaag tijdens hun interacties. Op deze manier creëert de regisseur een extreme vorm van abstrahering om zijn ideeën over het leven zelf in te kaderen.

Als kijker onderga je net als de hoofdpersonages de pijnlijke banaliteit van hun dagelijkse leven. Door middel van niet meer dan 30 extreem uitgerokken shots, legt Tarr hun geritualiseerde en gestructureerde monotone taken vast, zoals de man die aangekleed wordt door zijn dochter, hoe hij elke morgen twee glazen sterke drank drinkt, hoe zij water gaat halen in de waterput en het eten bereidt dat ze samen opeten, of hoe ze beurtelings voor het raam gaan zitten en naar buiten kijken.

Dit verhaalverloop kent een treffende gelijkenis met Chantal Ackerman’s meesterwerk Jeanne Dielman, 23 Quai du Commerce, 1080 Bruxelles. Met deze film deelt The Turin Horse ook de desintegratie van deze structuren en de neerwaartse spiraal waarin de personages terechtkomen. Alleen krijgt deze hier een onheilspellende, haast apocalyptische betekenis, een thematiek die je ook terugvindt in andere films van Béla Tarr zoals Werckmeister Harmonies of Damnation. In de film vertaalt zich dit naar het huilen van de onophoudelijke wind, de onheilspellende woorden van een buurman, de komst van zigeuners die de dochter een anti-Bijbel geven, het verdwijnen van het water in de put en het licht dat verdwijnt op de vijfde dag. Gedurende de zes dagen toont Tarr de progressieve desintegratie van de wereld tot in het niets, een antithese van de creatie van de wereld in zes dagen.

Gedurende de zes dagen toont Tarr de progressieve desintegratie van de wereld tot in het niets, een antithese van de creatie van de wereld in zes dagen

Door het gebruik van de long takes en slechts één melancholische en dreigende muziekcompositie, krijgt de film haast iets bezwerend. Hij kruipt tergend traag onder je huid en blijft dagenlang rondspoken in je hoofd. Niet alleen de bijzondere opzet van het verhaal is hiervoor verantwoordelijk, maar ook de adembenemende zwart-wit fotografie. Bovendien lijkt Tarr voor zijn visuele stijl en de composities inspiratie te putten uit de schilderkunst, of het nu gaat om Caravaggio, Van Gogh, Mantegna of Rembrandt. Vooral het gebruik van licht en de visuele iconografie spelen een belangrijke rol in de film, zeker gezien de schaarste van de dialogen, die vooral tussen de vader en dochter spijtig genoeg te steriel en onnatuurlijk aanvoelen. Al mist de film soms de impact en schoonheid van bijvoorbeeld Satantango of Werckmeister Harmonies, met The Turin Horse geeft Béla Tarr ons een meer dan waardig afscheid.

Jeroen Van Rossem Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Op de 6de dag zien we de vader en de dochter aan tafel zitten, gehuld in volledige duisternis. Hij onderneemt nog een poging om een rauwe aardappel te eten, maar geeft dit uiteindelijk op. Het beeld wordt via een fade-out volledig zwart.