Riki-Oh: The Story of Ricky

Genre: Actie | Duur: 1u31 | 1991 | Release: 1 Januari 1991 | Land: Hong Kong | Regie: Ngai Choi Lam | Cast: Siu-Wong Fan

Hong Kong Category III, het beruchte label dat voor een van de meest gruwelijke subgenres in de exploitation filmgeschiedenis staat, geldt strikt genomen als verboden voor iedereen die onder 18 jaar. Het label ontstond in 1988 en tot en met 1999 werden er onder deze noemer in Hong Kong de meest gestoorde films gemaakt. Soms werden mensen zelfs opgepakt bij het bekijken van HKIII films. Het is onvoorstelbaar en je moet het dan ook gezien hebben om te geloven.

 

Riki-Oh: The Story of Ricky (1991) is misschien een vrij “toegankelijke” Category III-creatie. De film is gebaseerd op de Japanse manga Riki-Oh van Masahiko Takajo. Het verhaal speelt zich af in 2001 en gaat over Ricky -Lik Wong in het Cantonees- een voor moord veroordeelde man met superkrachten die in een zwaarbewapende gevangenis verblijft. In de cellen zelf ligt de macht bij een corrupte gevangenisdirecteur en zijn assistent. Beiden zouden perfect functioneren in een vroegere James Bondfilm. De assistent doet met zijn tang als hand zelfs denken aan Tee Tee Johnson uit Live and Let Die.

Naast de twee gezagsvoerders heersen er bendes in de gevangenis, The Gang of Four. Constant vallen er hulpeloze gevangenen in de klauwen van de gangs, maar Ricky - die zelf onsterfelijk is - laat het nooit gebeuren. Zodra hij ziet dat iemand gewond raakt, schiet hij zelf in actie en zorgt hij voor bescherming.

Makkelijk te verafschuwen, maar eigenlijk zo slecht dat het weer goed wordt.

De manier waarop mensen om zeep worden geholpen in deze film is compleet over the top. Elk aspect van deze productie is van schabouwelijk niveau. Gewoonlijk zorgt dat niet voor een aangename kijkervaring en zou je dit soort films zelfs kunnen verafschuwen. Maar Riki-Oh is in dit geval echt een uitzondering. De ‘so bad its good vibe’ spat ervan af, waardoor je je tijdens het kijken al meteen voorneemt dit spektakel gewoon nog eens te bekijken. Wie Peter Jackson’s eerdere bloedbadfilms zoals Braindead, of Sam Raimi’s Evil Dead kon appreciëren, zal deze film omarmen, maar evengoed zullen fans van extreme kungfufilms of Troma-producties zich er mee amuseren. Geen wonder dat we ook aan Tarantino moesten denken. 

Maarten Eyskens

Helemaal (niet) akkoord? Lees de

Let op: wanneer u verder gaat zit de kans er dik in dat het einde van de film verklapt wordt met alle gevolgen voor uw filmervaring vandien.

ik wil mijn pret bedorven zien