C.R.A.Z.Y.
Genre:
| Duur: 00 min. | Release: 21 Juni 2006 | Land: Canada | Regie: Jean-Marc Vallée | Cast: Marc-André Grondin, Michel Côté, Dannielle Proulx
Christian, Raymond, Antoine, Zachary en Yvan. Zo heten de vijf zonen die deze groots opgezette familiekroniek bevolken. Alleen de titel is wat onfortuinlijk gekozen. Niet alleen omdat Crazy eerder een titel is voor een pophit van een Lolita-achtige tienerster, maar vooral omdat hij dit wondermooie kleinood geen eer aandoet. Daarenboven draait de film vooral om de vierde telg van de familie Beaulieu, Zachary, een kerstkind dat volgens lokale tongen de gave bezit om wonden te genezen en bloedingen te stelpen. Vader Beaulieu wil van zijn zonen echte mannen maken en is er alles behalve mee opgezet dat zijn zoon naar glamrock luistert en zich in vrouwenkleding hult.
Regisseur Jean-Marc Vallé schetst de groeipijnen van de sixties-generatie als een frivool familieportret. De visuele spielerei waarmee het verhaal verteld wordt, knipoogt naar het werk van de Franse fantast Jean-Pierre Jeunet: vingervlugge cuts, een licht surreëel kleurenpalet, de voice-over die het leven overpeinst, de vignetstijl waarmee de personages worden geïntroduceerd. Maar waar de virtuoos achter Amélie alles in het werk stelt om de kijker in een vreemdsoortige fantasieroes te brengen, brengt Vallé realistische en herkenbare beelden. De film overspant drie decennia waardoor de regisseur ook een subtiele schets van drie verschillende tijdsgeesten maakt. De grootste motor achter C.R.A.Z.Y. is bijgevolg een gevoel van nostalgische melancholie. Zo schreeuwen de Stones en Bowie door de boxen, is vader een toegewijde fan van het Amerikaanse Country-icoon Patsy Cline en wordt er als jaarlijks ritueel op het familiefeest mee gebruld met de klassiekers van Charles Aznavour. De muziek lijkt vaak een lappendeken, aaneengeregen door Sehnsucht en nostalgie, maar regisseur Jean-Marc Vallé weet de overdaad te counteren door een hele reeks herkenbare motieven in zijn film te stoppen: broederliefde, breed opengesperde generatiekloven en seksualiteitsstribbelingen.
De personages zijn allemaal in een oogopslag herkenbaar, een groot euvel binnen het genre van de gezinsportretten. We volgen dit portret door de ogen van de jonge Zachary, als kind, als puber en als prille twintiger. Marc-André Grodin geeft de getroebleerde tiener heel wat présence, maar het is vooral Michel Côté die zichtbaar in zijn sas is als de strenge pater familias.
Deze familiekroniek omzeilt sluw alle genreclichés en weet goedkope soaptaferelen te vermijden. De plotontwikkeling drentelt wat aan het einde, maar toch is deze speelse vertelling een van de grootste verrassingen van dit filmjaar.